Hondenpraat #8

Het is weer tijd voor een reeks met nieuwe hondenuitspraken. Bijna wekelijks krijg ik de vraag: ‘Zijn ze van Spanje?’ of ‘Is dat het kleintje van hen?’

Een man tegen mij: ‘Bijten ze?’ Dan tegen Mati: ‘Ah manneke, hoe noemde gij?’ Dan terug tegen mij: ‘Zo komde ook nog een keer buiten’

Op de loopweide: ‘Hoe lang hebt ge uw honden al?’
Ik: ‘Mati is 6 jaar bij mij, Tiqi 5 jaar en Nyrah 2,5 jaar’
Vrouw over Mati: ‘Oh ik dacht dat ze hier nog niet zo lang was, ze is zo mager’
Ik krijg Mati helaas niet dikker, het is een moeilijke eter. De laatste tijd eet ze goed en krijgt ze 50 gram meer maar dikker wordt ze niet.

Op de loopweide, dezelfde vrouw: ‘Die heeft precies ogen van een vleermuis (over Nyrah) én die oren lijken nog meer op een vleermuis.’
Dan begint ze tegen Nyrah te praten: ‘Slaap jij ook met je hoofd naar beneden? Kun je vliegen?’

Een hele bus honden!

‘Zo’n lieve, mag ik die meedoen naar huis?’ (over Mati)

Over Mati:  ‘Is dat een Ierse Setter? Of nee, een Aghaanse!’ Een Ierse Setter, die moet haar rassenkennis eens bijschaven. Mati heeft misschien dezelfde kleur en is een jachthond maar daar houdt de gelijkenis dan ook op.

Kindje tegen de papa: ‘Oh 3 honden’
De papa: ‘Hoeveel poten zijn dat dan?’
Een educatieve papa 🙂

Oude man op de fiets: ‘Amai zo drie honden, als ze wat groter waren konden ze u meetrekken’

Ik was aan het wandelen met een vriendin langs de Schelde, toen we twee wielrenners tegen elkaar hoorden zeggen: ‘Ik zou ook nog graag een hondje hebben, maar zo drie is toch wat veel.’
Ik hield twee honden vast en vriendin M. had Tiqi vast. Waar haalt hij dan het idee dat de 3 honden van één persoon waren, tenzij hij dacht dat we een lesbisch koppel worden.

Op een wandeling met vriendin E.:
Man: ‘Die kunnen waarschijnlijk snel lopen?’
Ik: ‘Mati kan 71km/uur lopen.’Man: ‘Dan mag ze op de autostrade lopen’

Buurvrouw: ‘Amai, gij hebt courage zo in de regen’

Man aan de bakkerij: ‘Gij ziet graag beesten hé, ik zie dat. Mogen ze een boterham hebben? Ik heb er vroeger ook gehad, maar nu sta ik er alleen voor en ik wil er geen meer. Dat is een hazewind. En dat ook? Dat zijn zuivere rassen zeker?’